Dankbaar in tegenspoed?
Gisterenavond
kreeg ik een app van een vriend: "Hoi
Peter, hoe gaat het met jou? Morgen dankdag. Hoe sta je er tegenover?" Een
voor mijzelf soortelijke vraag hield mij die dag al bezig: "Kun je dankbaar zijn ondanks dat je chronisch-progressief
ziekt bent?" Toen ik die vraag kreeg, had ik inmiddels een blog geschreven
van bijna 2 pagina's… Vanochtend werd ik wakker met de woorden van Psalm 116
vers 7. In dat vers wordt de redding door God bezongen! Het doet mij tevens
uitzien naar 'overmorgen'; naar de nieuwe hemel en nieuwe aarde, het nieuwe
Jeruzalem dat uit de hemel neerdaalt. Daar is geen leed, geen kerk of tempel,
want de Heere Jezus, het Lam is daar (zie Openbaring 21).
Dankdag, wat is dat?
Vandaag,
woensdag 6 november 2024, is het dankdag voor gewas er arbeid. Iedere tweede
woensdag van maart is er 'biddag voor gewas en arbeid' en iedere eerste
woensdag in november is er 'dankdag voor gewas en arbeid'. Deze bijzondere
dagen in het (kerkelijk) jaar stammen uit de Middeleeuwen. Er waren toen in
kerkelijk Nederland vaste bededagen. Dergelijke bid- en vastendagen werden toen
vaker door de overheid uitgeschreven. In 1578, op de Synode van Dordrecht, werd
bepaald dat er tijdens oorlog en andere rampen massaal gebeden en gedankt moest
worden. Een vaste dag om te danken werd in 1653 vastgesteld. Er werd toen
besloten om iedere eerste woensdag van november een dankdag te houden voor het
gewas (voedsel). De laatste jaren is dit gebruik gewijzigd. Of en wanneer
besloten is een jaarlijkse biddag in te stellen kon ik niet vinden. Een oproep
van de overheid tot een biddag klinkt niet (meer). Wel worden in protestants
Nederland nog de bid- en dankdagen gehouden. Met de opkomst van de
industrialisatie en dienstverlening is de betrokkenheid op de agrarische sector
op de achtergrond geraakt.
Persoonlijk
Zoals jullie
weten heb ik inmiddels bijna 11 jaar de ziekte van Parkinson. Parkinson is de
op één na progressieve hersenaandoening waarbij op allerlei vlak (fysiek,
psychisch, cognitief etc.) functies worden aangetast. Volgens mij zijn er zo'n
36 symptomen. Nee, die krijg je niet in één dag tegelijk. Maar ik kan er
inmiddels in lichte of pittigere mate wel ongeveer tweederde van aankruisen…
Parkinson, dankbaar? Precies een jaar geleden, op zondag 5 november 2023, ben
ik de diepte van Gods genade persoonlijk gaan zien en ervaren. God zette mij
stil en riep mij. Als Hij je, in mijn geval tijdens een zondagmiddagdienst in
de kerk, zo concreet roept en ontmoet dan moet je buigen, mag je liefhebben en volgen.
Dit heeft mijn kijken naar de toekomst wel sterk veranderd.
Chronisch-progressief ziek en dankbaarheid?
Chronisch-progressief
ziek zijn én dankbaarheid, passen die bij elkaar? Eerlijk gezegd is dat niet
een voordehandliggende combinatie. Chronisch-progressief doet ons eerder denken
aan verdriet, pijn, rouw of misschien ook wel boosheid, onmacht en onzekerheid.
Een ernstige en/of chronische ziekte gooit als het ware je hele leven overhoop.
Als door een haarspeldbocht rij je van de groene en mooie kant van de berg
(gezond, leuk gezinnetje wellicht, mooie baan, ambities) naar de grauwe en
kille kant van de berg (waar alle zekerheden rondom gezondheid, werk, inkomen
geen zekerheden meer blijken te zijn). In die omstandigheden dankbaar zijn? Ja,
het kan! Niet uit eigen kracht. Je kunt het ook niet verdienen. Je ziet en
doorleeft het als je door Gods liefde en genade de Goede Herder mag volgen.
Want die Goede Herder weet niet alleen wat Zijn schapen nodig hebben, maar
heeft al de moeiten waar wij mee te maken kunnen krijgen doorleefd. En bovenal,
Hij heeft de dood overwonnen! Daarom kunnen zij, zoals verwoord in de titel het
zesde couplet van ons Volkslied, zingen en bidden "Mijn schild en betrouwen zijt Gij, o God mijn Heer; Op U zo wil ik
bouwen, Verlaat mij nimmermeer;" Wanneer we uit die belijdenis en dat gebed
leven dan kunnen we verder leven met een ernstige en/of chronisch-progressieve
ziekte.
Verdiepende zorgen – verdiepende verwondering?
Met enige
voorzichtigheid begin ik aan deze paragraaf. We weten allemaal dat bij een
progressieve ziekte de symptomen in aantal en intensiteit toenemen. Dat kan mij
soms best verdrietig maken en bezighouden. Maar er is ook een andere kant. Nee,
dit is geen gemakkelijk 'enerzijds-anderzijds' of twee lijstjes tegenover elkaar
zetten… Beter gezegd, er is ook een Ander, Jezus, de Goede Herder. Mijn Goede
Herder. Daarom kon en mocht ik vanochtend wakker worden met dat prachtige
zevende vers uit Psalm 116:
Wat zal ik, met Gods gunsten
overlaân,
Dien trouwen HEER voor Zijn genâ
vergelden?
'k Zal bij den kelk des heils Zijn
naam vermelden,
En roepen Hem met blijd' erkent'nis
aan.
Prachtig wat
C.H. Spurgeon (predikant in Londen, leefde van 1834-1892) hierbij schrijft: "Soms is het beter te zwijgen dan te spreken.
De dichter van Psalm 116 is bijzonder bedrukt geweest en heeft in zijn haasten
gezegd: 'Alle mensen zijn leugenaars!' Het is oneindig veel beter om de
volmaaktheid en de trouw van God te loven. De Heere heeft ons zoveel
goedertierenheid geschonken, dat het beter is om ons er op te bezinnen wat wij
kunnen doen om onze dankbaarheid te tonen. Zijn weldaden zijn zo talrijk dat we
ze niet op kunnen sommen. De manier waarop wij onze dankbaarheid uiten zou even
talrijk moeten zijn."
In een dagboek
over de Psalmen schrijft dr. J. Hoek het volgende: "Het is een vraag die wordt gesteld in grote verlegenheid. Hoe kan ik de
Heere laten blijken hoe dankbaar ik ben? Kan ik op mijn beurt iets aan Hem
geven, nu ik zoveel van Hem ontvangen heb? Ineens weet hij (de dichter van
Psalm 116) het. Dankbaarheid betekent
niet dat wij iets terugdoen. Het gaat in de verhouding tot God niet om vrome en
godsdienstige contraprestaties. Wat de Heere wil, is dat wij Hem in alle
oprechtheid de eer en de dank geven die Hem toekomt."
Twee citaten en
gedachten die tot denken en actie aanzetten! Natuurlijk, ik mag gebruik maken
van goede medische voorzieningen en behandelingen. Maar vertrouw en richt ik
mij vooreerst en bovenal daarop of maak ik er in afhankelijkheid van de Heere
gebruik van. Een confronterende maar eerlijke vraag. Stel ik mijn vertrouwen op
allerlei therapieën of levensbeschouwingen of stel ik mijn vertrouwen op God
alleen? Het zette Jakob aan tot 'schoonmaak en opruiming' (zie Genesis 35:1-7).
Als ik dan zo vooruit
probeer te kijken kunnen we volgens mij eerlijk dankdag houden, dankdag vieren.
We zingen biddend en belijdend:
'k Stel mijn vertrouwen op de Heer
mijn God,
Want in zijn hand ligt heel mijn
levenslot.
Hem heb ik lief, zijn vrede woont in
mij,
'k Zie naar Hem op en 'k weet hij is
mij steeds nabij.
En als ik dan
terugkijk, moet ik toch belijden en erkennen, wat krijgen wij veel. Ga je dan
niet haast Psalm 68 vers 10 meezingen:
Geloofd zij God met diepst ontzag!
Hij overlaadt ons, dag aan dag,
Met Zijne gunstbewijzen.
Die God is onze zaligheid;
Wie zou die hoogste Majesteit
Dan niet met eerbied prijzen?
Die God is ons een God van heil;
Hij schenkt, uit goedheid, zonder
peil,
Ons 't eeuwig, zalig leven;
Hij kan, èn wil, èn zal in nood,
Zelfs bij het naad'ren van den dood,
Volkomen uitkomst geven.
En zullen we dan
niet met de woorden van Zondag 1 van de Heidelbergse Catechismus (in gewone
taal) belijden:
"Wat is mijn enige
houvast, voor altijd? Dat ik voor altijd en helemaal met lichaam en ziel het
eigendom van de Heere Jezus ben en niet meer voor mijzelf leef. Mijn trouwe
Zaligmaker heeft met Zijn kostbaar bloed voor al mijn zonden volledig
betaald. En Hij heeft mij uit de macht van de duivel verlost. Mijn hemelse
Vader zorgt elke dag zo goed voor mij, dat geen haar van mijn hoofd zal vallen
als Hij dat niet wil. Zelfs alles wat ik meemaak, moet meewerken aan mijn zaligheid. Door de Heilige Geest verzekert Hij aan mij
dat ik eeuwig bij Hem mag leven en Hij zorgt ervoor dat ik nu graag voor Hem
wil leven."